Motorische leerdoelen, waarheen leren zij?
De motorische leerdoelen in het lesontwerp:
- Mikken op bewegende leerlingen (spelers) die proberen andere spelers af te gooien en proberen ballen te ontwijken
- Mikken op korven terwijl er dreiging is om afgegooid te worden.
- Springend mikken door spelers af te gooien nadat ze in de trampoline/springplank hebben gesprongen of om te scoren door middel van een pylon om te gooien.
- Gooien om iemand af te gooien.
- Samenwerken (socialisatie), want de spelers moeten net als in een voetbalteam samenwerken om het spel (de wedstrijd) te kunnen winnen en de tegenstanders een rode kaart te bezorgen (af te gooien)
- Ontwijken, omdat spelers ballen moeten kunnen ontwijken om niet af te gaan en dus te winnen.
- Acceptatie. Spelers moeten kunnen accepteren dat de rollen toegevoegd worden, maar ook dat deze constant veranderen. Door rollen toe te voegen, worden leerlingen uitgedaagd en gemotiveerd om taken aan te nemen, die ze normaal niet snel zouden doen in het spel.
Methodische opbouw van het spel
Les 1
Leerlingen zijn eerlijk verdeeld over twee vakken en er spelen nog geen rollen mee. Elk team kiest een voetbal team. De eerste ronde van het spel is om even kennis te maken met het springend mikken en het feit dat leerlingen vrij weinig zien van de tegenstander gedurende het spel. Ook mogen de leerlingen deze ronde kennis maken met de regels van het spel. Na een ronde spelen wordt de Keeper gekozen. Dit is de eerste rol die toegevoegd wordt in het spel. De keeper mag de ballen met zijn handen verdedigen en dus ook de ballen voor tegenhouden en het goal verdedigen. Hij mag wel spelers afgooien. 2 rondes herhalen met doordraaien van rol.
Les 2
Je begint de les waar je geëindigd bent met les 1. Één ronde herhalen van de vorige rol en vervolgens een Aanvoerder toevoegen. De aanvoerder mag twee gele kaarten ontvangen voordat hij af is. Is hij af? Dan heeft het team dat nog wel een aanvoerder heeft gewonnen. 1 ronde herhalen en door wisselen van functies. Voeg eventueel een 4d, 5de of zelfs 6de foambal toe. Is een extra rol nog te lastig, maak dan gebruik van het 3 is teveel systeem om het spel gaande te houden of verlaag de muur, door middel van een kast of eventueel Bosan blokken.
Les 3
In deze les herhaal je de rollen die je vorige twee lessen hebt toegevoegd. De spits en 1 verdediger worden vervolgens tegelijk toegevoegd, aangezien de verdediger als enige de spits mag afgooien en de spits als enige door de verdediging heen mag (de muur). De volgende ronde herhalen en rollen doordraaien. De volgende ronde komt de korf erbij, zodat de spits niet alleen mag afgooien maar ook zijn team vrij kan krijgen.
Les 4
In deze les voeg je eerste ronde de laatste verdediger toe. De andere rondes kan je de rollen herhalen en kijken of leerlingen alle regels en rollen nog herkennen. Kijk even aan wat haalbaar is voor de leerlingen qua regels en rollen. Je kan altijd nog een paar rollen achterwege laten als de leerlingen het lastig vinden.
Je hebt geen vaste rollen. Dat wil zeggen als een leerling met een lintje af is, hij/zij het lintje in de hoepel legt. De rollen kunnen dan weer overgenomen worden door andere leerlingen die nog wel in het veld zijn. Dit geldt echter niet voor de keeper en de aanvoerder aangezien de keeper niet af kan en met twee gele kaarten voor de aanvoerder het spel afgelopen is.
Leeractiviteiten, hoe leren leerlingen?
Het spel is te spelen met leerlingen op het voortgezet onderwijs. Je kan het spel ook in verschillende niveau's spelen, door dus de rollen die toegevoegd kunnen worden. Er kunnen tevens meer regels toegevoegd worden om het spel uitdagender te maken voor bijvoorbeeld een zes VWO klas.
Vereenvoudiging
Het spel kan je makkelijker maken door onderstaande eventuele vereenvoudigingen:
- Rollen beperken, hierdoor hoeven leerlingen over minder regels na te denken. Probeer juist makkelijk te beginnen met geen of 1 rol en vul dit steeds meer aan (ligt aan niveau van de klas).
- Gebruik minder ballen in het spel, waardoor leerlingen gedwongen worden om samen te spelen en eventueel binnen het team over te gooien. Je haalt de focus van ontwijken weg en legt de focus op mikken. De SR-mogelijkheden worden dus gereduceerd. Dit maakt het spel wel statischer.
- Drie is teveel in plaats van een zij/achtervak, waardoor leerlingen sneller weer in het veld komen.
- Per pylon die omgaat, ook zonder te springen, mag het hele team weer terug in het veld.
- Gebruik een mini balance bal i.p.v. alleen foamballen.
Uitbouw
Het spel kan ook moeilijker gemaakt worden door onderstaande eventuele uitbouwen:
- Meer rollen toevoegen, hierdoor moeten leerlingen meerdere taken tegelijk voldoen en ook nadenken over meerdere regels tegelijk.
- Meer foamballen toevoegen. Meer SR-alternatieven en dus meer keuzes. Ook stimuleer je het ontwijken en moeten leerlingen nog mikken tegelijk.
- Gebruik maken van kleinere ballen i.p.v. foamballen
- 4 doelpunten i.p.v. 3
- Rollen kunnen niet verwisseld worden tijdens de rondes. Als de speler dus af is, is de rol ook uit het spel.
Groeperingsvorm, met wie leren zij?
Leerlingen spelen in teams, oftewel teamverband. Zoals hierboven al vermeld, spelen de leerlingen in twee teams die tegen elkaar een wedstrijd spelen. Ze moeten samenwerken om het andere team te verslaan en de "beker" te winnen. De docent stelt de eerste teams samen, maar het onderling door wisselen van rollen wordt door de teams zelf gedaan. De docent houdt dit wel in de gaten.
Pedagogisch klimaat
Je kan hier dus het klimaat heel erg stimuleren en leerlingen heel veel vrijheid te geven (ligt eraan per klas). Je kan ook heel behavioristisch ervoor kiezen de docent alles te laten kiezen. Het samen werken staat centraal in dit spel. Je kan dit spel nu eenmaal niet alleen winnen. Leerlingen moeten inzien dat het soms slimmer is om over te spelen, dan egocentristisch denken dat ze het zelf wel kunnen.
Door samen te spelen en de rollen zorg je er ook voor dat leerlingen die normaal gesproken wat meer op de achtergrond blijven, nu ook meer aan de beurt komen in het spel. Dit zorgt ook voor een succesbeleving bij zulke leerlingen.
Locatie, waar leren zij?
De les wordt gegeven in een gymzaal, waar alle materialen in de buurt zijn. Dit spel is, gezien de materialen, niet handig om buiten te spelen. Daarbij zullen alle ballen in het rond vliegen en blijf je zoeken.
We hebben zelf het lesontwerp gegeven aan een 4 MAVO klas in een gymzaal Vlietland College te Leiden en aan de tweedejaars HALO studenten op het Zuiderpark in Den Haag.
Maak jouw eigen website met JouwWeb